Wat is Schematherapie? Toepassingen en hoe kan het helpen?

Schematherapie is een doeltreffende en wetenschappelijk bewezen vorm van therapie voor mensen met persoonlijkheidsproblematiek of terugkerende depressies. Het helpt de oorsprong van bepaalde gedragspatronen te begrijpen en te veranderen. Tijdens deze therapie zal een psycholoog of schematherapeut samen met de patiënt de invloed van jeugdervaringen op zijn gedrag onderzoeken. Het is belangrijk dat de patiënt patronen leert herkennen en deze verandert, zodat hij anders gaat denken en situaties anders aanpakt. Hij zal leren wat zijn eigen behoeften zijn en hoe hij hier goed mee om kan gaan.

Schematherapie is een vorm van psychotherapie waarbij men leert meer grip te krijgen op zijn vastgeroeste patronen of op het doorbreken hiervan. Schematherapie maakt gebruik van cognitieve gedragstherapie technieken, maar gaat dieper dan dat.

Schematherapie werd pas begin jaren negentig ontwikkeld door Jeffrey Young, een Amerikaanse psycholoog. Hij ontwikkelde deze therapie vanuit de cognitieve (gedrags)therapie. Young was niet tevreden over de resultaten van cognitieve therapie bij zijn cliënten die kampten met problemen uit hun kindertijd. Zij hadden dikwijls nog last van terugkerende, ongezonde patronen, dus bedacht Young schematherapie als een effectieve manier om hen te helpen.

De belangrijkste doelen en algemene toepassingen van schematherapie zijn:

  • Patiënten helpen hun modus ‘gezonde volwassene’ te versterken.
  • Het verzwakken of genezen van coping-modi, zodat men in contact komt met zijn emoties en kernbehoeften.
  • Het leren herkennen van bestaande patronen en valkuilen.

Wat is schematherapie?

Schematherapie is een therapie die helpt bij het aanpakken van ongezonde schema’s. Onder schema’s verstaat de psychologie opvattingen en emoties van een persoon over zichzelf, zijn houding naar anderen toe en naar de wereld om zich heen. Denk daarbij aan schadelijke emotionele opvattingen of hardnekkige patronen.Deze schema’s zijn vaak de basis van psychische klachten en een schadelijke houding. Via deze therapie krijgt een patiënt inzicht in zijn emotionele behoeften en gevoelens. Ingesleten patronen zullen doorbroken worden doordat hij er anders mee om leert gaan.

Wat zijn de basisprincipes van schematherapie?

Schematherapie richt zich op het helpen van patiënten bij het versterken van hun modus ‘gezonde volwassene’, en bij het verzwakken van hun onaangepaste copingstijl. Zij moeten hun schema’s leren verbreken en weer in contact komen met hun kernbehoeften en -gevoelens. Schematherapie gaat uit van vier belangrijke basisprincipes:

  • Genezen van vroege onaangepaste schema’s
  • Begrijpen van eigen emotionele basisbehoeften
  • Doorbreken van de schemamodus
  • Doorbreken van onaangepaste copingstijlen.

Wat zijn schema’s?

Schema’s zorgen ervoor dat men zich in een bepaalde modus bevindt; men laat een bepaalde versie van zichzelf zien. Een schema bestaat uit herinneringen, opvattingen, lichamelijke gewaarwordingen en gevoelens. Een vroeg disfunctioneel schema heeft betrekking op de emotionele basisbehoeften in de kindertijd. Wanneer niet aan deze behoeften wordt voldaan, kan dit leiden tot vroege onaangepaste schema’s. Elk schema vertegenwoordigt een emotionele basisbehoefte:

  • Verlating/Instabiliteit
  • Minderwaardigheid/Schaamte
  • Sociaal isolement/Vervreemding
  • Wantrouwen/Misbruik
  • Afhankelijkheid/Incompetentie
  • Emotioneel tekort/Verwaarlozing
  • Angst voor ziekte en gevaar
  • Kluwen/Onderontwikkeld zelf
  • Mislukking
  • Zich rechten toe-eigenen/Veeleisend/Grootsheid
  • Gebrek aan zelfcontrole/Zelfdiscipline
  • Onderwerping
  • Zelfopoffering
  • Goedkeuring en erkenning zoeken
  • Negativiteit en pessimisme
  • Emotionele geremdheid
  • Meedogenloze strenge normen/Extreem hoge eisen
  • Bestraffende houding

De rol van vroege levenservaringen

In de kinderjaren en adolescentie is het belangrijk dat er voldaan wordt aan de basisbehoeften van een kind. Als deze basisbehoeften ontbreken, kan het kind als volwassene ernstige psychische stoornissen en schadelijke emotionele overtuigingen ontwikkelen.

Positieve ervaringen in je jeugd geven je functionele schema’s waar je als volwassene veel aan hebt. Negatieve ervaringen – zoals een gebrek aan veiligheid en liefde, (seksueel) misbruik, of andere trauma’s in je kinderjaren – zorgen daarentegen voor valkuilen. Echter spelen ook het temperament en de mate waarin aan jouw basisbehoeften is voldaan mee.

De impact van disfunctionele schema’s op het volwassen leven

Relaties

Wanneer je in jouw jeugd te maken hebt gehad met een traumatische ervaring of te weinig bescherming, geborgenheid en veiligheid hebt gekend, voel je je al snel afgewezen of niet veilig in relaties. Er zijn een aantal schema’s die hierbij kunnen passen:

  • Emotioneel tekort/Verwaarlozing: je denkt dat anderen niet genoeg voldoen aan je behoefte naar emotionele steun, geborgenheid, en aandacht.
  • Wantrouwen/Misbruik: je verwacht dat anderen je pijn doen, je misbruiken of vernederen.
  • Verlating/Instabiliteit: je ervaart de onbetrouwbaarheid van de aanwezigheid van mensen die belangrijk zijn voor je.

Werk en prestaties

Als kind ben je wellicht opgegroeid met het idee dat je alleen weinig kan. Je hebt door bepaalde omstandigheden jezelf niet volledig kunnen ontwikkelen tot een individu. Deze situatie is van grote invloed op jouw werk en op jouw prestaties als volwassene. Het kan zich uiten in de volgende schema’s:

  • Kluwen/Onderontwikkeld zelf: je bent als kind enorm emotioneel betrokken bij je ouders geweest en denkt zonder kluwen niet te kunnen overleven.
  • Mislukken: je denkt dat alle anderen slimmer en beter zijn dan jij.

Mentale en fysieke gezondheid

Psychische problemen kunnen zich uiten in fysieke klachten. Om een mentale én fysieke gezondheid te bereiken, kan schematherapie ingezet worden. Het is van belang om te begrijpen hoe jouw schema’s zijn ontstaan en in welke mate deze invloed hebben op jouw leven nu.

De praktijk van schematherapie

De opdracht van een schematherapeut is om contact te maken met zijn patiënt en hem te laten voelen welke basisbehoeften hij als kind gemist heeft. Vervolgens helpt de therapeut hem om dat gevoel te herstellen. Veiligheid en verbinding spelen een belangrijke rol in de startfase.

Beoordelingsfase

Eerste consultatie

Tijdens de eerste consultatie maak je kennis met jouw psycholoog of schematherapeut. Er vindt een intake gesprek plaats en je vult schemavragenlijsten in. De therapeut geeft uitleg over schematherapie en legt uit wat de schema’s en modi zijn.

Identificatie van disfunctionele schema’s

Aan de hand van de vragenlijsten en het stellen van vragen komt de schematherapeut tot een diagnose en maakt hierbij gebruik van de ‘Limited reparenting techniek’, waarbij hij je op een persoonlijke manier confronteert en zorg biedt.

Behandelfase

Veranderingsstrategieën

Om de persoonlijkheid van iemand te kunnen veranderen, maakt schematherapie gebruik van cognitieve-, emotionele- en gedragsveranderingstechnieken. De schematherapeut kan de patiënt via drie kanalen beïnvloeden, door te voelen, te denken en te doen.

Cognitieve technieken

In cognitieve therapie onderzoekt de patiënt samen met de behandelaar of zijn denkwijze klopt met de werkelijkheid. Door bepaalde cognitieve uitdaagtechnieken en oefeningen wordt er aan positievere en meer realistische gedachten gewerkt.

Emotionele technieken

Een bekende emotionele techniek is EFT. Bij EFT gaat men ervan uit dat een verstoring van het lichamelijk energiesysteem negatieve emoties kan veroorzaken, die vervolgens psychische en lichamelijke klachten veroorzaken. De patiënt denkt aan een klacht, psychisch of lichamelijk, terwijl de EFT therapeut met zijn vingers op specifieke punten op het lichaam tapt.

Gedragsveranderingstechnieken

Deze techniek richt zich op het veranderen van het gedrag. Het gedrag bepaalt voor een groot deel hoe iemand zich voelt. Problematisch gedrag en de omstandigheden waarin dat voorkomt, worden in kaart gebracht en je leert passende gedragspatronen aan voor die specifieke omstandigheden.

De rol van de therapeut

De rol van de therapeut in schematherapie is heel persoonlijk. Vaak neemt deze een ouderrol aan (Limited parenting). Hij confronteert je op een aardige en begripvolle manier en geeft je het gevoel dat er voor je wordt gezorgd.

Onderhoudsfase

Voorkomen van terugval

Schematherapie werkt goed voor patiënten die al vele andere therapieën hebben geprobeerd, maar toch terugvallen in depressie. Voor gemiddeld 60% van de patiënten met een chronische depressie werkt schematherapie goed op lange termijn. Ook verslaafden hebben een aanzienlijk kleinere kans op terugval bij schematherapie, omdat deze hen een gevoel van controle teruggeeft.

Lange termijn onderhoudsstrategieën

Door het toepassen van experientiele technieken en Imaginatie en Rescripting, kunnen gedachten aan gebeurtenissen gericht worden gewijzigd. De patiënt leert bovendien adaptieve copingsstrategieën die effectief zijn op lange termijn, zodat hij voortaan beter omgaat met negatieve gebeurtenissen.

Toepassingen van Schematherapie

In schematherapie wil de psycholoog jou graag teruggeven wat je in je jeugd gemist hebt. Het repareren of doorbreken van schema’s wordt in verschillende gevallen toegepast:

Persoonlijkheidsstoornissen

Borderline persoonlijkheidsstoornis

Het is wetenschappelijk aangetoond dat de ernst van een borderline stoornis met behulp van schematherapie afneemt. Schematherapie richt zich op vier kernmechanismen voor verandering om een borderline persoonlijkheidsstoornis doeltreffend te behandelen.

Narcistische persoonlijkheidsstoornis

Een narcist vindt zichzelf erg belangrijk en kan overdreven met zijn eigen persoonlijkheid bezig zijn. Zijn gedrag is dominant, egoïstisch en er is geen ruimte voor empathie. Schema’s van een narcist kunnen zijn Wantrouwen/Misbruik, Emotioneel tekort/Verwaarlozing en Verlating/Instabiliteit.

Stemming en angststoornissen

Bij een stemming- of angststoornis heeft iemand last van wisselende stemmingen of angstige gevoelens (in niet gevaarlijke situaties) die hem erg belemmeren in het dagelijkse leven. Het schema Angst voor ziekte en gevaar past hier bijvoorbeeld bij.

Eetstoornissen en verslavingen

Mensen met een eetstoornis of verslaving hebben veelal een erg negatief beeld over zichzelf, zowel over hun uiterlijk als innerlijk. Schema’s als Negativiteit/Pessimisme, Meedogenloze strenge normen/Extreem hoge eisen passen bij deze stoornissen.

Lees hier meer over behandeling bij verslaving

Trauma en posttraumatische stressstoornis (PTSS)

PTSS is een psychische aandoening die meestal ontstaat na het beleven van een traumatische gebeurtenis als een ongeluk, geweld of seksueel misbruik. Je hebt continu last van angst. Wantrouwen/Misbruik of Emotionele geremdheid zijn schema’s die voortkomen uit zulke heftige en negatieve gebeurtenissen.

Veelgestelde vragen over schematherapie

Hoe effectief is schematherapie?

Schematherapie is zeer effectief bij persoonlijkheidsstoornissen en bij aandoeningen waarbij andere therapieën niet hebben geholpen.

Is schematherapie intens?

Schematherapie is een heel intensieve psychotherapie die bovendien lang kan duren.

Is schematherapie basis ggz?

De kosten van deze behandeling worden door de meeste zorgverzekeraars vergoed, de huisarts moet wel een officiële diagnose stellen volgens de DSM-5 richtlijnen en een verwijsbrief schrijven.

Advies nodig?
Bel onze hulplijn

Ma. t/m Vrij. van 08:00 – 22:00
Weekend: 12:00 – 17:00

Bel onze hulplijn

Ma. t/m Vrij. van 08:00 – 22:00
Weekend: 12:00 – 17:00